Voor het eerst sinds het einde van de Vietnamoorlog, bijna 30 jaar geleden, hebben Vietnamezen een aanklacht ingediend tegen de producenten van Agent Orange, het ontbladeringsmiddel dat door de Amerikaanse luchtmacht boven vijandelijk gebied in Vietnam werd afgeworpen.
Nooit eerder hebben Vietnamese slachtoffers van de omstreden oorlogstactiek bedrijven aangeklaagd voor hun aandeel in de Vietnamoorlog.
Volgens Hanoi zijn om en nabij de 3 miljoen mensen het slachtoffer geworden van ziekten die aan het giftige sproeimiddel worden gerelateerd. Nog altijd worden kinderen geboren met afwijkingen die met het middel in verband worden gebracht. Tussen 1962 en 1971 werd ongeveer 75 miljoen liter ontbladeringsmiddel, waaronder Agent Orange, ingezet tegen de Noord-Vietnamezen.
De aanklacht tegen Dow Chemical en Monsanto, de 2 grootste producenten van het middel, en 20 andere Amerikaanse bedrijven, is ingediend door 3 Vietnamezen. Allen zeggen het slachtoffer te zijn geworden van het sproeimiddel. Dat heeft de vorige maand opgerichte Vietnam Association of Agent Organge Victims gemeld. De hoogte van de schadevergoeding die wordt geëist is niet bekend gemaakt.
‘Ik doe dit niet voor mijzelf omdat het al lang achter mij ligt, maar in Vietnam zijn de armsten, de minst bedeelden en de meeste gediscrimineerden de slachtoffers van Agent Organge. Dus als ik iets voor hen kan doen, dan doe ik dat’, zegt Phan Thi Phi Phi, 1 van de klagers.
Amerikaanse Vietnamveteranen die in contact zijn geweest met het middel klagen al jaren over hun gezondheid. Ook zij hebben de Amerikaanse bedrijven aangeklaagd. In 1984 gingen Dow Chemical en Monsanto akkoord met een schadevergoeding van 180 miljoen dollar aan de Amerikaanse veteranen. De bedrijven voelen er niets voor Vietnamese slachtoffers te compenseren, omdat dan meer aanklachten kunnen volgen.
Waarom de Vietnamezen nu pas een aanklacht hebben ingediend is onduidelijk. De kwestie werd vorig jaar besproken door de Vietnamese minister van Defensie Pham Van Tra tijdens zijn historische bezoek aan Washington. – NRC Handelsblad [05.02.04]